notPlanned
Type of resources
Metadata standard
standardName
Available actions
flanderskeyword
Provided by
status
Topics
Keywords
Contact for the resource
Years
Formats
protocol
domain
Representation types
Update frequencies
Scale 1:
Resolution
INSPIRE themes
-
CurieuzeNeuzen in de Tuin is een burgerwetenschapsproject waarbij de deelnemers de gazon van hun eigen tuin, school, vereniging of bedrijf uitrusten met een sensor die de bodem-, lucht- en oppervlaktetemperatuur en het bodemvocht meet. Tijdens de eerste fase van het project liep de meetperiode van 1/6/2020 t.e.m. 1/10/2020. Deze fase diende als proefproject voor variatie aan microklimaat, bodemtextuur en bodemkoolstof binnen één tuin in kaart te brengen. Tijdens de tweede fase van het project liep de meetperiode van 3/4/2021 t.e.m. 2/10/2021. Aan deze fase deden 4.400 burgerwetenschappers mee. Alle deelnemers verzamelden ook een bodemstaal, dat geanalyseerd werd op bodemkoolstof en bodemtextuur. Tijdens de derde fase van het project liep de meetperiode van 28/3/2022 t.e.m. 1/10/2022. Aan deze fase deden 2.800 van de 4.400 burgerwetenschappers opnieuw mee. Er werd geen bodemstaal geanalyseerd tijdens deze fase.
-
Dossiercode PL, 2003-heden. De dataset bevat de actief openbare documenten van deze procedure. Enkel dossiers waarvoor vóór 20/7/2023 een kennisgeving volledig verklaard werd, werden opgenomen in de dataset. De dataset bevat ook enkel de verdere dossierstappen die afgerond werden vóór deze datum. Deze procedure kan gevolgd worden voor erg diverse soorten plannen en programma's. Specifiek voor RUP’s: het gaat enkel om RUP's waarvan de kennisgeving volledig is verklaard voor of op 30 april 2017 en waarvoor de plenaire vergadering uiterlijk op 31 december 2018 werd gehouden. Recentere RUP's volgen de geïntegreerde RUP/m.e.r.-procedure en zijn opgenomen in een andere dataset. Als het plan of programma opgemaakt wordt voor een volledige gemeente, provincie of voor heel Vlaanderen, werden de relevante gemeenten, provincies of heel Vlaanderen opgenomen als contour voor het plan-MER. Als het plan opgemaakt werd voor een bepaald gebied en als het plan opgenomen is in DSI (bijvoorbeeld een plan-MER voor een RUP van vóór de geïntegreerde RUP/MER-procedure), dan werd de desbetreffende (maximale) contour uit DSI opgenomen voor het plan-MER. Indien deze link niet gevonden werd of niet bestaat (bijvoorbeeld voor plannen voor zoekzones voor windturbines, het gebied rond een luchthaven of rond waterlopen, ...), werden de gemeentegrenzen van de gemeenten uit het plangebied gebruikt als (te ruime) afbakening voor het plan-MER. Milieueffectrapportage (m.e.r.) beoogt de mogelijke gevolgen van plannen en programma's voor het leefmilieu en voor de gezondheid van de mens in beeld te brengen opdat deze op een gelijkwaardige wijze (als andere aspecten en belangen) zouden worden meegenomen bij de opmaak van én de besluitvorming over deze plannen en programma's. Meer informatie op de website van Team Omgevingseffecten (link: https://omgeving.vlaanderen.be/nl/omgevingsvergunning/milieueffectrapportage/mer-dossierdatabank)
-
Dossiercode SCRSV, 2018-heden. De dataset bevat de actief openbare documenten van deze procedure sinds 2018. Enkel dossiers waarvoor vóór 20/7/2023 een beslissing genomen werd over de plan-MER-plicht, werden opgenomen in de dataset. Als een verordening geldt voor een volledige gemeente, provincie of heel Vlaanderen, werd de desbetreffende gemeente, provincie of Vlaanderen opgenomen als contour voor de plan-m.e.r.-screening. Als een verordening geldt voor een deel van het grondgebied van een gemeente, werd de desbetreffende (maximale) contour uit DSI opgenomen, tenzij de screeningsprocedure afgerond werd maar de procedure voor de verordening toch niet opgestart werd of niet afgerond werd vóór 20/7/2023 en de verordening-in-opmaak dus niet in DSI zit. In dat geval werd de gemeentegrens opgenomen als (te ruime) contour voor de plan-m.e.r.-screening. Meer informatie op de website van Team Omgevingseffecten (link: https://omgeving.vlaanderen.be/nl/omgevingsvergunning/milieueffectrapportage/mer-dossierdatabank)
-
Dossiercode PLI, 2017-heden. De dataset bevat de kwaliteitsbeoordeling van het plan-MER als onderdeel van de milieueffectenrapportage volgens de geïntegreerde RUP/MER-procedure waarbij een plan-MER gemaakt wordt. Voor andere actief openbare documenten wordt doorverwezen naar het DSI-loket. Enkel dossiers waarvan het plan-MER een kwaliteitsbeoordeling kreeg vóór 20/7/2023 werden opgenomen in de dataset. Als contour voor het plan-MER werd de maximale contour van het plangebied doorheen de verschillende procedurefasen in DSI opgenomen. Milieueffectrapportage (m.e.r.) beoogt de mogelijke gevolgen van plannen en programma's voor het leefmilieu en voor de gezondheid van de mens in beeld te brengen opdat deze op een gelijkwaardige wijze (als andere aspecten en belangen) zouden worden meegenomen bij de opmaak van én de besluitvorming over deze plannen en programma's. Meer informatie op de website van Team Omgevingseffecten (link: https://omgeving.vlaanderen.be/nl/omgevingsvergunning/milieueffectrapportage/mer-dossierdatabank).
-
Dossiercode SCRPP, 2021-heden. De dataset bevat de actief openbare documenten van deze procedure sinds 2021. Enkel dossiers waarvoor vóór 20/7/2023 een beslissing genomen werd over de plan-MER-plicht, werden opgenomen in de dataset. Er zijn weinig dossiers van dit type. De gekende dossiers zijn plannen en programma's die gelden voor heel Vlaanderen en dus werd Vlaanderen als contour opgenomen voor de plan-m.e.r.-screening. Meer informatie op de website van Team Omgevingseffecten (link: https://omgeving.vlaanderen.be/nl/omgevingsvergunning/milieueffectrapportage/mer-dossierdatabank)
-
Dossiercode OPL, 2009-heden. Enkel dossiers waarvoor vóór 20/7/2023 een beslissing genomen werd over de ontheffing van de plan-MER-plicht, werden opgenomen in de dataset. Als het gaat om een ontheffing van de plan-m.e.r.-plicht voor een RUP en als dat RUP opgenomen is in DSI, werd de desbetreffende (maximale) contour opgenomen voor de ontheffing. Indien deze link niet gevonden werd of indien het RUP nooit afgerond werd en dus niet in DSI zit, werden de gemeentegrenzen van de gemeenten uit het plangebied gebruikt als (te ruime) afbakening voor de ontheffing. Als het gaat om een ontheffing van de plan-m.e.r.-plicht voor een ander soort plan, met als plangebied een volledige gemeente, provincie of heel Vlaanderen, dan werd het plangebied van het plan in kwestie gebruikt als contour voor de ontheffing. Meer informatie op de website van Team Omgevingseffecten (link: https://omgeving.vlaanderen.be/nl/omgevingsvergunning/milieueffectrapportage/mer-dossierdatabank).
-
Dossiercode PLIMOB, 2009-heden. De dataset bevat de actief openbare documenten i.v.m. milieueffectrapportage van de procedure tot opmaak van regionale mobiliteitsplannen sinds 2009. Voor andere actief openbare documenten wordt doorverwezen naar de website van de vervoerregio's. Enkel dossiers opgestart vóór 20/7/2023 en procedurestappen gezet vóór 20/7/2023 werden opgenomen in de dataset. Als contour voor het plan-MER werden de gemeenten uit de Vervoerregio opgenomen. Milieueffectrapportage (m.e.r.) beoogt de mogelijke gevolgen van plannen en programma's voor het leefmilieu en voor de gezondheid van de mens in beeld te brengen opdat deze op een gelijkwaardige wijze (als andere aspecten en belangen) zouden worden meegenomen bij de opmaak van én de besluitvorming over deze plannen en programma's. Meer informatie op de website van Team Omgevingseffecten (link: https://omgeving.vlaanderen.be/nl/omgevingsvergunning/milieueffectrapportage/mer-dossierdatabank).
-
Dossiercode SCRHO, 2019-heden. De dataset bevat de actief openbare documenten van deze procedure. Enkel dossiers waarvoor vóór 20/7/2023 een beslissing genomen werd over de plan-MER-plicht, werden opgenomen in de dataset. Als contour voor de plan-m.e.r.-screening werd de desbetreffende (maximale) contour uit DSI opgenomen, tenzij de screeningsprocedure afgerond werd maar de procedure voor de herziening of opheffing van voorschriften toch niet opgestart werd of niet afgerond werd vóór 20/7/2023 en dus niet in DSI zit. In dat geval werd de gemeentegrens opgenomen als (te ruime) contour. Meer informatie op de website van Team Omgevingseffecten (link: https://omgeving.vlaanderen.be/nl/omgevingsvergunning/milieueffectrapportage/mer-dossierdatabank).
-
De waterbodemkwaliteitsgegevens ( enkel fysico-chemische signaalwaarden) voor alle meetpunten in Vlaanderen verzameld door VMM (incl. data van andere waterloopbeheerders vervat in VMM's waterbodemdatabank) en OVAM. Om de identificatie van probleemparameters te vergemakkelijken is er per polluent ook: - een toetsing aan triggerwaarden gerapporteerd waarbij een overschrijding verontreiniging aanduidt, - een toetsing aan de bodemsaneringsnormen ter inschatting van potentieel hergebruik BRS als bodem - een toetsing aan de Vlarebo bijlage VI normen ter inschatting van het potentieel voor bouwkundig gebruik van BRS. Opgelet: De resultaten opgenomen in de waterbodemverkenner zijn een momentopname. In een aantal gevallen kan de waterbodem bemonsterd zijn voor het uitvoeren van de ruimingswerken. In dat geval zijn de resultaten niet meer representatief voor de huidige toestand van de waterbodem. De bemonsterde sedimenten zijn immers uit de waterloop geruimd. De onderzoeksprioritering waterbodems ondersteunt de identificatie van prioritair te onderzoeken waterbodems. Toetsing aan triggerwaarden, bodemsaneringsnormen en vlarebo bijlage V & VI geven een eerste inzicht van welke polluenten eventueel probleemparameters zijn voor de ruiming en verwerking van de waterbodems. Uitspraken zijn enkel gebaseerd op historische en recente waterbodemkwaliteitsgegevens beschikbaar per segment. Er wordt enkel rekening gehouden met geanalyseerde polluenten. Niet alle meetresultaten zijn digitaal beschikbaar en raadpleegbaar in de Waterbodemverkenner. Dit geldt in het bijzonder voor polluenten die op het moment van de staalname weinig frequent werden geanalyseerd. Voor deze “nieuwe opkomende stoffen / emerging contaminants” is het belangrijk om de gegevens opgenomen in de rapporten zelf te raadplegen. Het niet aanwezig zijn van bepaalde meetresultaten in de Waterbodemverkenner mag dus niet leiden tot de conclusie dat er geen verontreiniging aanwezig is. Bijkomend waterbodemonderzoek is steeds noodzakelijk om een correct beeld te vormen van de huidige waterbodemkwaliteit per waterloopsegment.
-
De kaart geeft de situatie van de West-Vlaamse frontstreek in 1919 weer. Deze kaart uit 1920 toont de afbakening van de zwaar getroffen gewesten en de meest vernielde gebieden, met het oog op hun herstel. Deze kaartlaag is een bewerking van de kaartlaag uit het Flanders Fields museum.