IHD
Type of resources
Metadata standard
standardName
Available actions
flanderskeyword
Provided by
status
Topics
Keywords
Contact for the resource
Years
Formats
protocol
domain
Representation types
Update frequencies
Scale 1:
Resolution
INSPIRE themes
-
Bij de opmaak van een natuurbeheerplan, een projectsubsidie natuur, of andere gelijkgestelde instrumenten ter realisatie van de IHD (instandhoudingsdoelstellingen), kunnen welbepaalde natuurstreefbeelden tot doel gesteld worden voor vegetaties, leefgebieden van soorten of procesgestuurde natuur. Het Instandhoudingsbesluit (BVR 20/06/2014, art. 8) stelt echter dat het realiseren van de Europees te beschermen boshabitattypen niet mag leiden tot een betekenisvolle verslechtering of achteruitgang van de zgn. vegetaties van regionaal belang (VRB’s), zoals gespecificeerd in bijlage bij het besluit. De VRB’s zijn gedefinieerd aan de hand van welbepaalde karteringseenheden uit de Biologische Waarderingskaart (BWK) en Natura 2000 Habitatkaart. Door deze selectie te vertalen naar een ruimtelijk bestand is het voor elke opsteller van een natuurbeheerplan duidelijk op welke percelen of delen van percelen art. 8 van het Instandhoudingsbesluit van toepassing is.Deze kaartlaag geeft de best beschikbare informatie anno 2023 weer over de verspreiding van de vegetaties van regionaal belang. Dit kan een vereenvoudiging zijn van de werkelijkheid op terrein. Te allen tijde geldt de reële situatie op het terrein voor toepassing t.b.v. het beleidsmatig en wettelijk kader.Noch de auteurs noch het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek kunnen verantwoordelijk gesteld worden voor gebeurlijke fouten en de gevolgen die daaruit kunnen voortvloeien.
-
Bij de opmaak van een natuurbeheerplan, een projectsubsidie natuur, of andere gelijkgestelde instrumenten ter realisatie van de IHD (instandhoudingsdoelstellingen), kunnen welbepaalde natuurstreefbeelden tot doel gesteld worden voor vegetaties, leefgebieden van soorten of procesgestuurde natuur. Het Instandhoudingsbesluit (BVR 20/06/2014, art. 8) stelt echter dat het realiseren van de Europees te beschermen boshabitattypen niet mag leiden tot een betekenisvolle verslechtering of achteruitgang van de zgn. vegetaties van regionaal belang (VRB’s), zoals gespecificeerd in bijlage bij het besluit. De VRB’s zijn gedefinieerd aan de hand van welbepaalde karteringseenheden uit de Biologische Waarderingskaart (BWK) en Natura 2000 Habitatkaart. Door deze selectie te vertalen naar een ruimtelijk bestand is het voor elke opsteller van een natuurbeheerplan duidelijk op welke percelen of delen van percelen art. 8 van het Instandhoudingsbesluit van toepassing is.Deze kaartlaag geeft de best beschikbare informatie anno 2020 weer over de verspreiding van de vegetaties van regionaal belang. Dit kan een vereenvoudiging zijn van de werkelijkheid op terrein. Te allen tijde geldt de reële situatie op het terrein voor toepassing t.b.v. het beleidsmatig en wettelijk kader.Noch de auteurs noch het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek kunnen verantwoordelijk gesteld worden voor gebeurlijke fouten en de gevolgen die daaruit kunnen voortvloeien.
-
Bij de opmaak van een natuurbeheerplan, een projectsubsidie natuur, of andere gelijkgestelde instrumenten ter realisatie van de IHD (instandhoudingsdoelstellingen), kunnen welbepaalde natuurstreefbeelden tot doel gesteld worden voor vegetaties, leefgebieden van soorten of procesgestuurde natuur. Het Instandhoudingsbesluit (BVR 20/06/2014, art. 8) stelt echter dat het realiseren van de Europees te beschermen boshabitattypen niet mag leiden tot een betekenisvolle verslechtering of achteruitgang van de zgn. vegetaties van regionaal belang (VRB’s), zoals gespecificeerd in bijlage bij het besluit. De VRB’s zijn gedefinieerd aan de hand van welbepaalde karteringseenheden uit de Biologische Waarderingskaart (BWK) en Natura 2000 Habitatkaart. Door deze selectie te vertalen naar een ruimtelijk bestand is het voor elke opsteller van een natuurbeheerplan duidelijk op welke percelen of delen van percelen art. 8 van het Instandhoudingsbesluit van toepassing is.Deze kaartlaag geeft de best beschikbare informatie anno 2018 weer over de verspreiding van de vegetaties van regionaal belang. Dit kan een vereenvoudiging zijn van de werkelijkheid op terrein. Te allen tijde geldt de reële situatie op het terrein voor toepassing t.b.v. het beleidsmatig en wettelijk kader.Noch de auteurs noch het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek kunnen verantwoordelijk gesteld worden voor gebeurlijke fouten en de gevolgen die daaruit kunnen voortvloeien.
-
In een vorig project werden zogenaamde potentiële leefgebiedenkaarten gemaakt voor een aantal Europees en Vlaams prioritaire soorten (Maes et al., 2019). We maakten hiervoor gebruik van de zogenaamde GeoDynamiX toolbox van het Vlaams Instituut voor Technologisch Onderzoek (VITO). Met behulp van allerlei beschikbare kaartlagen zoals de Biologische Waarderingskaart, de bodemkaart, de watervlakkenkaart, enzovoort en gedetailleerde kennis over de specifieke ecologische eisen van elke soort bakende dit model heel gedetailleerde kaarten af met locaties waar deze soorten potentieel zouden kunnen voorkomen in Vlaanderen (https://geo.inbo.be/potleefgebieden/). Hierbij werd echter geen rekening gehouden met de actuele verspreiding van de soorten en werden ook gebieden afgebakend waar de soort momenteel niet voorkomt of die voor de soort momenteel onbereikbaar zijn. Hierdoor werden voor sommige soorten vrij grote gebieden afgebakend als potentieel geschikt leefgebied en waren deze kaarten niet altijd inzetbaar voor beleidsdoeleinden. Om hieraan te verhelpen, verfijnden we de potentiële leefgebiedenkaarten met actuele verspreidingsinformatie van de soorten door rond de locaties waar ze momenteel voorkomen een buffer te trekken die overeenkomt met hun kolonisatiecapaciteit. Door na te gaan welke potentiële leefgebieden overlappen met hun actuele verspreiding (inclusief de kolonisatiebuffer) bekwamen we kaarten met het zogenaamde Actueel Relevant Potentieel Leefgebied (ARPL; Maes et al., 2016). Deze kaarten bevatten dus enerzijds alle gebieden waar soorten momenteel voorkomen, maar ook de potentiële leefgebieden die vanuit deze locaties door de soort te bereiken zijn. Dit maakt het tot een praktischer instrument in allerlei beleidstoepassingen dan de ruime potentiële leefgebiedenkaarten. Door een samenwerking tussen het INBO en ANB zijn deze ARPL-kaarten sinds kort beschikbaar als webservice en zijn ze ook te downloaden voor gebruik in GIS-toepassingen.
-
De voorlopige zoekzones bestaan enerzijds uit de zoekzones sensu stricto en anderzijds uit de percelen onder passend beheer. De zoekzones sensu stricto geven per Europees te beschermen habitat de perimeter aan die gevrijwaard wordt met het oog op het optimaal plaatsen van de instandhoudingsdoelstellingen voor de betrokken speciale beschermingszone in kwestie. De zoekzones zullen volgens het wettelijk kader deel uitmaken van de richtkaarten die een onderdeel zijn van de managementplannen Natura 2000. De zoekzones evolueren bij elke nieuwe versie van het managementplan Natura 2000. Deze zoekzones moeten als vaststaande verworvenheid beschouwd worden en zijn voor wat betreft de toepassing bij de passende beoordeling niet onderhandelbaar. Momenteel zijn geen managementplannen Natura 2000 vastgesteld door de Vlaamse regering. Omdat de zoekzones een belangrijk instrument en hulpmiddel zijn voor wat betreft de realisatie van de instandhoudingsdoelstellingen, wordt in afwachting van de managementplannen Natura2000, gewerkt met voorlopige zoekzones. Deze werden opgesteld per habitattype of cluster van habitattypen. De huidige versie vervangt de eerste kaart met voorlopige zoekzones zoals verspreid begin 2015. Deze werd grotendeels gegenereerd met toepassing van het zogenaamde zoekzonemodel. Dit model werd opgesteld in opdracht van het ANB door VITO en INBO en is gebaseerd op het Ruimtemodel Vlaanderen (VITO) (L. Poelmans et al., 2015, Zoekzonemodel: Technische beschrijving, VITO, Nota voor ANB Beleid; https://www.ruimtemodel.vlaanderen/references/). Dit heeft als gevolg dat de kaart voor deze habitattypes opgebouwd is op basis van een rasterkaart met cellen van 100x100m (1 ha), die afgeknipt worden op de grenzen van de SBZ-H (versie 2013). Voor een andere reeks habitats (niet door het model aanstuurbare habitats) zijn de zoekzones bepaald met de methode van de eerste voorlopige zoekzones. De grootste oppervlaktes daarvan betreffen habitats in de Kuststreek en in de Polders. Deze zoekzones werden ingetekend op basis van de habitatkaart (versie 2013) en op basis van geografische, biotische en abiotische factoren. De percelen onder passend beheer omvatten de percelen met een goedgekeurd natuurbeheerplan (of daarmee vergelijkbare plannen of vergelijkbare overeenkomsten of feitelijk beheer) van het Agentschap voor Natuur en Bos, andere overheden en de erkende terreinbeherende verenigingen (Natuurpunt, vzw Durme, Limburgs Landschap), waar een habitattype tot doel gesteld is. Het zijn de locaties waar reeds instandhoudingsdoelstellingen voor Europees te beschermen habitats ruimtelijk geplaatst zijn. Dit gebeurde door een vertaling van de streefbeelden uit de natuurbeheerplannen naar Europees te beschermen op basis van de gegevens uit het beheerplan en geografische, biotische en abiotische factoren. De percelen onder passend beheer zijn net als de zoekzones sensu stricto afgeknipt op de grenzen van de SBZ-H.
-
Het gaat om de eerste versie van de zoekzones. Deze zijn ter informatie beschikbaar gesteld doch niet (meer) in gebruik in het kader van het Natura 2000-beleid (‘Instandhoudingsbeleid’). Momenteel zijn daartoe de Voorlopige zoekzones instandhoudingsdoelen Natura 2000 versie 2 in gebruik. Een 'zoekzone' geeft per Europees te beschermen habitat de perimeter aan die gevrijwaard wordt met het oog op het optimaal plaatsen van de instandhoudingsdoelstellingen voor de speciale beschermingszone in kwestie. Zoekzones maken volgens het wettelijk kader deel uit van de richtkaart in een managementplan Natura 2000. Momenteel zijn echter geen managementplannen Natura 2000 vastgesteld door de Vlaamse regering. In afwachting daarvan wordt in de praktijk gewerkt met voorlopige zoekzones. De Voorlopige zoekzones instandhoudingsdoelen Natura 2000 versie 2014 werden oorspronkelijk gepubliceerd begin 2015. In september 2015 werden ze vervangen door de Voorlopige zoekzones instandhoudingsdoelen Natura 2000 versie 2.
-
Het gaat om de eerste versie van de zoekzones. Deze zijn ter informatie beschikbaar gesteld doch niet (meer) in gebruik in het kader van het Natura 2000-beleid (‘Instandhoudingsbeleid’). Momenteel zijn daartoe de Voorlopige zoekzones instandhoudingsdoelen Natura 2000 versie 2 in gebruik. Een 'zoekzone' geeft per Europees te beschermen habitat de perimeter aan die gevrijwaard wordt met het oog op het optimaal plaatsen van de instandhoudingsdoelstellingen voor de speciale beschermingszone in kwestie. Zoekzones maken volgens het wettelijk kader deel uit van de richtkaart in een managementplan Natura 2000. Momenteel zijn echter geen managementplannen Natura 2000 vastgesteld door de Vlaamse regering. In afwachting daarvan wordt in de praktijk gewerkt met voorlopige zoekzones. De Voorlopige zoekzones instandhoudingsdoelen Natura 2000 versie 2014 werden oorspronkelijk gepubliceerd begin 2015. In september 2015 werden ze vervangen door de Voorlopige zoekzones instandhoudingsdoelen Natura 2000 versie 2.